
Naar een gestandaardiseerde en toegankelijke databasis voor circulaire klimaatinstallaties
6 maart 2025
Zo ziet circulair bouwen in Duitsland eruit
17 maart 2025De Circulair Bouwen podcast #21: ‘Het is tijd om te kijken naar de schaduwzijde van zonnepanelen’

‘Het is tijd om te kijken naar de schaduwzijde van zonnepanelen’
Zonnepanelen zijn hét symbool van duurzame energie, maar tegelijk een hoofdpijndossier op het gebied van circulariteit en grondstoffengebruik. Gelukkig zijn er op het gebied van zonnepanelen echt wel meer circulaire keuzes te maken, zegt Bart Jeroen Bierens van de Solar Buyer Group in aflevering 21 van de Circulair Bouwen Podcast. Het is vaak nog de urgentie waar het aan ontbreekt. ‘Er wordt vooral ingekocht op laagste prijs, maar ergens op de wereld wordt daar een prijs voor betaald.’
Op weg naar volledig circulair bouwen ligt er niet alleen een grote opgave voor de bouwsector, maar is er ook veel te winnen door de maakindustrie. Dat blijkt ook uit aflevering 21 van de Circulair Bouwen Podcast met als thema ‘de schaduwzijde van zonnepanelen’. Naast Bierens komt Robin Quax aan het woord, programmamanager hernieuwbare elektriciteit & slimme energiesystemen bij TKI Urban Energy, en ook Veronique Gevaerts van TNO is te gast.
Met de solar buyer group probeert Bierens inkopers beter inzicht te geven: wat zijn nou meer en minder duurzame zonnepanelen? Maar duurzaamheid blijft soms een lastig begrip, weet ook Robin Quax. ‘De energietransitie heeft een sterke focus op het reduceren van de CO2- uitstoot. Dat is goed en daarin zijn we succesvol. Maar de uitlijning met de circulaire economie moet beter. Zonnepanelen waren heel lang het knuffelproduct van de energietransitie. Nu wordt er kritischer gekeken naar de schaduwzijde. Net als bijvoorbeeld bij de elektrische auto en de warmtepomp.’
Volgens Quax moet niet alleen worden gekeken naar kansen voor recycling van de huidige panelen maar ook naar design for recycling: het vooraf slim in elkaar zetten, om aan het eind van de levensduur recycling en hergebruik mogelijk te maken. In de podcast vertelt hij hoe oude zonnepanelen nu vaak worden vermalen. ‘Het aluminium frame wordt eraf gehaald en hergebruikt. Maar het paneel zelf is na vermaling alleen nog maar geschikt voor het vullen van snelwegen en een paar glaswol-achtige toepassingen.’
‘Een baan om de aarde van zonnepanelen’
Bij de schaduwzijde van zonnepanelen gaat het niet alleen om grondstoffengebruik en het gebrek aan circulariteit, vertelt Bierens in de podcast. ‘Ook toxische stoffen zoals PFAS zijn een thema, net als dwangarbeid en de CO2-uitstoot die vrijkomt bij de productie van panelen. Om heel zuiver silicium te maken heb je veel energie nodig. In Chinese fabrieken gebruiken ze daarvoor bijvoorbeeld kolenstroom, omdat dat goedkoop is.’
Zonnepanelenbouwer Solarge is volgens Bierens een goed voorbeeld van hoe het beter kan. Zij leveren panelen die vrij zijn van PFAS en die goed te recyclen zijn, omdat de materialen volledig van elkaar kunnen worden gescheiden. Dat laatste is hard nodig, weet Gerard de Leede van Solarge: ‘Met de hoeveelheid zonnepanelen in de wereld kun je nu al een baan om de aarde maken van 40 duizend kilometer en 100 meter breed. En binnen 10 tot 15 jaar zijn we zover opgeschaald dat er jaarlijks zo’n hoeveelheid panelen bijkomt.’

Opname Circulair Bouwen podcast #21
‘Wat wordt de rol van de Europese maakindustrie?’
Het wordt dus hoog tijd wordt voor circulaire zonnepanelen. Dat besef leeft steeds breder. Volgens Veronique Gevaerts van TNO komen er verschillende andere innovaties aan die recycling beter mogelijk gaan maken. ‘Er zijn bijvoorbeeld lijmlagen in ontwikkeling waarmee onderdelen door een triggermechanisme beter uit elkaar gehaald kunnen worden. En ook op het gebied van recycling van klassieke panelen komen er innovaties aan. Vanuit TNO dragen we hier samen partners aan bij.’
Bierens merkt op dat ook uit China steeds meer goede producten komen. ‘Dus we moeten oppassen dat we niet China gaan bashen.’ Ook Quax ziet dat China een aantal productieketens ‘opschoont’. Maar dat betekent niet dat daarmee de dwangarbeid verdwijnt, benadrukt hij. ‘Daarvoor zijn andere oplossingen nodig, bijvoorbeeld een maakindustrie in Europa. Hoe gaan we die strategische autonomie voor Europa combineren met de wens voor een circulaire economie? Dat wordt heel interessant.’
‘Geïntegreerde zonnepanelen een no brainer’
PV-panelen liggen meestal op het dak, maar worden nu ook steeds vaker geïntegreerd in de gevel. Volgens Gevaerts zou deze toepassing een no brainer moeten zijn, en niet alleen voor flatgebouwen met relatief weinig dakoppervlak. ‘In de winter brengt een paneel op de gevel meer op dan een paneel op het dak. Dat komt door de laagstaande zon. Met name op de oost- en westgevel, die het zonlicht opvangen als de zon opkomt en ondergaat. Dat is juist tijdens de piek van ons energieverbruik.’
Met alle zonnepanelen die de laatste jaren horizontaal gelegd zijn op daken en in velden hebben we nu te maken met een vol elektriciteitsnet en negatieve prijzen in de zomer. Gevelpanelen kunnen de opwekpiek verleggen naar momenten waarop de vraag het grootst is, stelt Gevaerts. Ook Quax legt de link met netcongestie: ‘Het elektriciteitsnet zit vol, zegt men. Dat klopt ook wel: op zonnige, warme middagen. Maar in het warmteseizoen, van oktober tot april, nog zeker niet. Al die elektriciteit kun je dan goed gebruiken voor je warmtepomp, of voor je andere elektriciteitsvraag.’
Volgens Quax hebben geïntegreerde zonnepanelen nog wel te maken met een marketingprobleem. ‘Met name bij de eerste generatie zonnepanelen wilden mensen laten zien: kijk ik heb zonnepanelen. Bij bijvoorbeeld die schitterende systemen van Cameleon Solar, kan juist niemand zien dat het zonnepanelen zijn. Ze maken zo moeilijk reclame voor zichzelf.’
‘MPG zou veranderd moeten worden’
In de podcast gaat het ook over de rol van regelgeving, zoals de MPG-norm. Volgens Quax valt circulariteit van zonnepanelen hier nu maar ten dele mee af te dwingen. ‘Zonnepanelen komen daar nogal slecht uit. Bij MPG kijken we naar 70 jaar, terwijl voor panelen een levensduur van 25 jaar wordt gerekend. Dus de score van een paneel wordt 3 keer geteld. Dat hakt erin. En je kunt je afvragen of die rekensom klopt. Want de panelen die we over 25 jaar gaan toepassen, zullen naar verwachting een veel lagere milieu-impact hebben dan de panelen van nu.’
Ook Bierens zou graag zien dat de MPG verandert. Maar dat kost veel tijd, weet hij. ‘We moeten eerst de industrie en beleidsmakers meekrijgen. Ook Europees.’ Hoewel bij inkoop nog altijd vooral gestuurd wordt op prijs, komt het gesprek erover wel steeds meer op gang, merkt hij. ‘En de gemeente Amsterdam bijvoorbeeld pakt het heel proactief op. Die hebben een subsidieregeling opgezet om te onderzoeken: wat zijn de meerkosten voor een duurzaam paneel?’
‘Waarom niet een tweedehands markt starten?’
Een andere oplossingsrichting is zorgen dat zonnesystemen langer op daken blijven liggen. ‘Na de garantieperiode van 25 jaar heeft een paneel weliswaar nog maar 80 procent opbrengst. Maar die is dan nog helemaal niet aan het einde van zijn levensduur,’ stelt Gevaerts. Columnist Jan Willem van der Groep stelt voor een tweedehandsmarkt te starten. ‘Particulieren willen vaak maximale opbrengst per vierkante meter en vervangen hun panelen door meer efficiënte exemplaren. Tegelijk hebben veel boeren en bedrijven met grote daken nog ruimte genoeg. Zij vinden die 80 procent geen probleem.’
Een tweedehandsmarkt zou ook wat Gevaerts betreft helemaal geen gek idee zijn. In Amsterdam wordt er al ervaring opgedaan met pilots voor hergebruik, weet Bierens. Maar dat is technisch nog best uitdagend. ‘Het is learning by doing. De panelen moeten net sluiten, de kabels moeten net passen, voor veel mensen betekent dat gedoe. Zij kiezen voor nieuw. Maar zeker als je niet gaat voor het hoogste rendement, bijvoorbeeld op een tijdelijke locatie, dan is tweedehands een heel interessante optie.’