Marthijs Roorda: ‘Samen met mijn broer Hendrik Roorda heb ik enkele bedrijven in Noord Nederland opgericht. Uitgangspunt daarbij is steeds dat ze sociaal en duurzaam zijn en iets bijdragen aan de regio. Drie jaar geleden kwamen we met vezelhennep in aanraking. Zoals iedereen weet ligt er een uitdaging voor de agrarische sector. We hebben echter wel een vitale boerenstand nodig. Dus tegenover de stikstofproblematiek moeten we nieuwe duurzame verdienmodellen introduceren. En vezelhennep biedt in dat opzicht veel kansen.’
‘Van de vezels die de plant levert kunnen we isolatie- en plaatmateriaal maken voor gebruik in de bouw. Als bouwers woningen gaan isoleren met die producten ontstaat er dus een nieuw verdienmodel voor de agrarische sector én leveren we producten voor het circulair maken van de bouw. Daarbij neemt vezelhennep tijdens de groei relatief gezien drie keer meer CO2 op dan bomen. De langcyclische producten die we ervan maken zorgen ervoor dat de CO2 voor lange tijd uit de lucht blijft, en dat is belangrijk voor het klimaat. Een win-win-win situatie dus.’
‘In de eerste plaats kennen we hier natuurlijk de markt en de mensen. Bovendien zet de provincie flink in op verduurzaming. Verder is er een gigantisch agrarisch potentieel. Veel melkveehouders en akkerbouwers zullen de transitie gaan maken naar het verduurzamen van hun bedrijf.’
‘Het is een sterke plant. Binnen een week staat hij 5 tot 6 centimeter hoog. Onkruid krijgt daardoor geen kans en je hebt daarom geen bestrijdingsmiddelen nodig. De plant is geschikt voor zand- en kleigronden en kan dus in grote delen van Nederland verbouwd worden. Hij heeft een penwortel en daardoor is er geen aanvullende bewatering nodig. Droge zomers zijn tot nu toe geen probleem geweest. Vantevoren bemesten we de bodem, dat gebeurt met natuurlijke meststoffen en zonder kunstmest. Belangrijk is dat we weten wat er de afgelopen jaren op heeft gestaan. Dan weten we hoeveel erop moet. Al met al kost het verbouwen relatief weinig tijd. En binnen honderd dagen is het klaar voor de oogst.’
‘Vezels zijn een kwart van de totale grondstof die de plant oplevert. Daarvan maken we gecertificeerde isolatieplaten. Bij benadering levert 500 hectare genoeg op voor 250.000 platen. Daarnaast is het houtachtige materiaal van de plant geschikt om houtplaten van te maken. Je kunt het ook mengen met kalk en water om daarmee hennepbeton te maken, een lichtgewicht bouwmateriaal. Uiteindelijk ontwikkelen we dus met deze waardeketen gecertificeerde bouwmaterialen op basis van in Nederland geteelde grondstoffen. Een uniek resultaat dat van grote waarde is voor de bouwsector.’
GreenInclusive
‘Naast de CO2 voordelen die het materiaal oplevert, zijn de producten ook ideaal voor een comfortabel en gezond binnenklimaat omdat het materiaal sterk ademend en temperatuur- en vochtregulerend werkt. Het is buitengewoon geschikt in ‘dampopen’ bouwconstructies. Voor de bouwvakkers is het gezond om mee te werken omdat het geen huid- en ademhalingsproblemen veroorzaakt. En het is lichtgewicht, dus er zijn minder sterke draagconstructies nodig.’
´Als je de oogst van één hectare gebruikt voor langcyclische bouwproducten leg je 9 ton CO2 vast. En als je die producten gebruikt, hoef je geen glaswol te gebruiken. Daardoor vermijd je dus ook de CO2-uitstoot die vrij zou komen bij de productie van glaswol.’
‘Er zijn prijsverschillen; het traditionele materiaal is nu nog goedkoper. De input energie per kilo is bij vezelhennep echter veel lager, daardoor kruipen de prijzen nu naar elkaar toe. Een CO2-belasting zal ook consequenties gaan hebben in het voordeel van vezelhennep. Technisch gezien zijn alle regels en normeringen opgesteld op basis van traditionele materialen, bijvoorbeeld als het gaat om brandwerendheid. We moeten ons wapenen tegen de invloed van bestaande industrieën als het gaat om die normeringen. De instituten die de certificeringen leveren zijn heel duur, alleen al daarom is het voor nieuwkomers zoals wij moeilijker om onze producten te laten certificeren.’
‘Er moet een goed businessmodel ontstaan. Het is vooral belangrijk dat er een constante vraag ontstaat. De belangstelling voor houtbouw kan veel betekenen voor het toepassen van biobased isolatiematerialen, vooral in combinatie met het industrieel bouwen van houten modules. We moeten natuurlijke waardeketens gaan vormen en daartoe allianties van voorlopers smeden van woningbouwcorporaties en bouwbedrijven. De overheid moet daarbij sturing geven en beleid maken. Zo kunnen gemeenten eisen stellen aan nieuwbouw. Met het vorig jaar ondertekende Friese Isolatiepact waarvan GreenInclusive, de gemeente Leeuwarden en Vereniging Circulair Friesland de initiatiefnemers zijn geweest, zijn we aardig op weg.´
Corporaties zijn belangrijk voor ons."
´Als je hennepproducten gebruikt in de waardeketen leidt dat tot het vastleggen van CO2. Dat levert een bepaalde waarde op en dat kun je uitdrukken in CO2-credits. De credits kunnen verhandeld worden op de markt en die inkomsten willen we laten terugvloeien naar de agrariërs. Daardoor zullen hun opbrengsten per hectare fors stijgen. We zijn ermee bezig om dit van de grond te krijgen en hebben om te beginnen de stap gezet om het hele productieproces te certificeren.´
´Met name in de woningbouw en de na-isolatie van bestaande bouw. Corporaties zijn belangrijk voor ons. Alleen al in Friesland gaat dat om 100.000 woningen.´
‘Het is het makkelijkst om hennep-producten in houtskeletbouw toe te passen. Dat haal je er maximaal rendement uit de eigenschappen van het materiaal.’
‘De opzet van het model is dat we een stabiele, alternatieve inkomstenstroom voor de boer creëren. We bieden meerjarige contracten tegen vaste prijzen. Vezelhennep is ook geschikt als wisselgewas. Daarnaast is het een vroeg gewas, dus na de oogst in september kun je een ander gewas of groenbemester inzaaien. Verder vereist de teelt geen kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen of extra water.’