Zo maak je gebruik van de Circulariteitsschijf
18 juni 2020Inspiratiemagazines: van circulariteit bij de waterschappen tot natuurinclusief bouwen
26 juni 2020Materiaalstromen en milieu-impact in kaart brengen? Zo doe je dat
Materiaalstromen en milieu-impact in kaart brengen? Zo doe je dat
Lennart Zwijsen van Woonstichting Mooiland en Dora Vancso van W/E Adviseurs hebben onderzoek gedaan naar vier Bossche wooncorporaties. In het #NRPCirculair webinar van begin juni leggen zij uit hoe je niet alleen materiaalstromen in kaart brengt, maar ook de milieu-impact van die materialen.
Dit artikel verscheen eerder op NRP.nl.
Uit het onderzoek blijkt dat beton in veel gevallen in tonnages weliswaar vaak de grootste materiaalstroom is, maar daarmee lang niet altijd de grootste milieu-impact heeft. Aanleiding van het onderzoek was het duurzaamheidsakkoord dat de gemeente ’s-Hertogenbosch met alle Bossche woningcorporaties afsloot. Hierin maakten partijen prestatieafspraken over onder meer energieprestaties, klimaatmaatregelen en circulariteit voor de sociale woningbouw in de Brabantse hoofdstad.
Om de materiaalstromen in kaart te brengen moet je de hele portefeuille overzien, alle vastgoed- en bouwactiviteiten goed definiëren en in kaart brengen. Lennart Zwijsen vertelt dat je moet je weten om hoeveel woningen het gaat, welke typologieën je onderscheidt en wat je als corporatie jaarlijks en op termijn doet aan planmatig onderhoud, renovatie, sloop en nieuwbouw. Daarbij is het volgens Dora Vancso bovendien belangrijk om ingrepen met het oog op energietransitie mee te nemen, want ook daarin gaat veel materialen om met een grote milieu-impact. Kijk dus integraal naar materialen en energie.
Stappenplan
Vervolgens kun je een stappenplan maken waarin je onder meer doelen stelt, de portefeuille en activiteiten in kaart brengt en deze ten slotte materialiseert en kwantificeert. 'Daarbij gaat het echter niet alleen om hoeveel je van welk materiaal bij welke activiteit gebruikt. Het gaat er vooral ook om welke gevolgen dat heeft voor het milieu. Sommige materialen namelijk gebruik je in grote hoeveelheden, maar hebben nauwelijks impact.'
Neem bijvoorbeeld gips. 'Bij renovatie gebruikt Mooiland dat in grote hoeveelheden (20%). Bovendien komt het in bijna evenzovele tonnen vrij (13%). Maar de bijdrage aan de totale milieu-impact is met 1,5% maar heel beperkt. Of neem beton. Bij nieuwbouw speelt dat een grote rol, zowel de hoeveelheden als milieu-impact, maar bij renovatie is het bij Mooiland nauwelijks van enige betekenis. Daarom is het belangrijk een goede indicator te kiezen voor de gevolgen die het gebruik van materialen (kunnen) hebben op het milieu, want pas dan kun je keuzes maken.'
MKI als indicator
Belangrijkste indicator voor de milieu-impact van materialen is volgens Dora Vancso de MPG (milieuprestatieberekening voor gebouwen). Alleen bepaal je die op gebouwniveau en druk je de MPG daarbij uit in zogeheten schaduwkosten. Dat zijn de kosten die gemaakt moeten worden om de schade aan het milieu door het materiaalgebruik ongedaan te maken.
Voor een gebouw worden al deze kosten over de gehele levensduur opgeteld en gedeeld door de levensduur en de oppervlakte van het gebouw. Op die manier worden ze bepaald per vierkante meter bruto vloeroppervlak per jaar, waarbij je voor woningen uitgaat van een levensduur van 75 jaar.
Zo kun je dan wel woningen met elkaar vergelijken, maar niet de materialen onderling. Daarvoor heeft W/E Adviseurs voor dit onderzoek de zogeheten milieukostenindicator (MKI) gehanteerd. Die gaat primair over het materiaal, ongeacht de toepassing. Dus of het nou om een woning gaat of een utiliteitsgebouw. En ook niet of je het hebt over nieuwbouw, onderhoud en/of renovatie. Daarmee is het dus mogelijk om ook op bedrijfsniveau of als corporaties gezamenlijk keuzes te maken in plaats van alleen op gebouwniveau', aldus Lennart Zwijsen.
Lees de rest van het artikel, waarin de resultaten en een circulaire routekaart worden besproken, op de website van NRP. Hier zijn ook videofragmenten van het webinar terug te kijken.
Bron: NRP